Robin Noordam

‘Van stageplek tot designverzameling’

Mijn eerste kennismaking met design? Dat was toen ik op zoek was naar een stageplek en tijdens een ritje op de fiets door het centrum van Rotterdam in een etalage de Standard (Métrople 305) eetkamerstoel van Prouvé zag staan. Deze trok meteen mijn aandacht. Ik had nog nooit een ontwerp als deze gezien. De etalage was van Galerie Christian Ouwens, een plek waar kunst en design samenkomen. Ik wist het meteen: dit moest mijn stageplek worden.

Zo gezegd zo gedaan, en ik maakte al gauw kennis met werk van Prouvé, Jacobsen en Eames. Maar ook met Dutch design van onder andere Maarten Baas, Richard Hutten, Hella Jongerius en Piet Hein Eek. Daarnaast ontdekte ik merken als Cappellini, waar hedendaags design wordt gemaakt van bijvoorbeeld Tejo Remy, Jasper Morrisson en Marc Newson. Maar ook met kunst van ontwerpers als Erwin Olaf, Klaas Gubbels, Armando en Eugene Brands. Door met de meubels bezig te zijn, te zien hoe de constructies in elkaar steken en te lezen over de ideeën van de ontwerpers is hier de basis gelegd van mijn liefde voor design.

Mijn eerste design aankoop was in 2018 toen ik mijn eerste appartement in Rotterdam huurde. Hier kon ik de liefde voor design eindelijk toepassen op een serieuze manier. Mijn voorkeur gaat uit naar tweedehands. Met name vanwege het duurzaamheidsaspect, maar ook kun je zo vaak – als je goed zoekt en geduld hebt –  items kopen voor een schappelijke prijs. Op Marktplaats vond ik de Lampe de Bureau van Vitra in samenwerking met G-star in een gelimiteerde uitgave in een prachtige kleur bruin.

Eenmaal gestart met het investeren in design kocht ik ook Bertjan Pot’s Random Light van Moooi, een van de klassiekers van het merk. Mooi gemaakt, licht, transparant en ruimtevullend. Het lichteffect op de omgeving is ook een toffe bijkomstigheid. Tijdens een werktrip in Zweden vond ik vervolgens de kleurrijke Flat Pack Vilbert stoel ontworpen door Verner Panton voor IKEA uit de jaren ’90, duidelijk geïnspireerd door het werk van Rietveld. Deze stoel is twee jaar in productie geweest en zo zijn er ook maar circa 3.000 gemaakt waarvan een deel vernietigd is door de tegenvallende verkopen. Dit zijn design items waar ik nog steeds van geniet. Door de ontwerper, de manier van productie en met name door het achterliggende verhaal. Het kopen van design is namelijk nog veel leuker als je achtergrondinformatie hebt. Wie is de maker? Hoe is het ontwerp tot stand gekomen? Et cetera.


Tijdens mijn werk als fotograaf bij Moooi heb ik van dichtbij ervaren hoe een ontwerp ontstaat; van schets tot eindproduct. Neem bijvoorbeeld de No Screw No Glue kasten van Joost van Bleiswijk, die je zonder hulpmiddelen in elkaar zet. Of de Party wandlampen van Kranen/Gille, elk met een eigen karakter. De Serpentine van Front doet denken aan het werk van Escher, en de Obon tafels van Simone Bonanni zijn geïnspireerd op het eeuwenoude materiaal terracotta. Stuk voor stuk zitten er mooie verhalen achter deze ontwerpen.

Ook het werk van Prouvé spreekt mij aan door het verhaal achter de ontwerpen. En dan met name de manier waarop hij laat zien waar de kracht zit wanneer het meubel in gebruik is. Bij de Standard stoel zijn de voorpoten bijvoorbeeld dunner dan de achterpoten. De achterpoten zijn in het midden dikker, omdat er meer kracht op komt te staan als je op de stoel gaat zitten. Dit soort praktische keuzes zie je terug in bijna al zijn ontwerpen, van meubels tot architectuur. Daarnaast maken de combinatie van materiaalgebruik en zijn visie dat ik tot op de dag van vandaag nog steeds zijn werk enorm waardeer.

Zo’n vijf jaar geleden begon ik met het kopen en verkopen van meubels die ik mooi vind. Zo is mijn smaak meer en meer ontwikkeld en kocht ik na een paar jaar alleen nog items die er nu nog steeds zijn. In deze periode heb ik ook het werk van Enzo Mari ontdekt. Ik ben veel over hem gaan lezen. Mari was een van de grootste Italiaanse designers van de 20e eeuw en zijn ontwerpen hebben wereldwijd creatievelingen geïnspireerd. Het eerste ontwerp dat ik kocht was de Formosa wandkalender die hij ontwierp voor Danese Milano in 1963.

De kalender heeft een aluminium achterplaat waar de verwijderbare PVC-bladen aan hangen. Het lettertype dat wordt gebruikt is Helvetica en is een van de klassieke ontwerpen uit de samenwerking tussen Mari en Danese Milano. Wat ik zo tof vind aan dit ontwerp is dat het zo tijdloos en simpel is en het feit dat je zelf aan de slag moet, iets wat je vaak terugziet in de ontwerpen van Mari. Hier focus ik mij nu op. Daarnaast ben ik een enthousiast boekenverzamelaar. Natuurlijk over design maar ook over interieur, architectuur en fotografie. In boeken kan je zoveel waanzinnige achtergrondinformatie vinden; veel meer dan je soms op het internet kan vinden. Met name in de oudere boeken.

Nu, een huis en verbouwing verder, kunnen mijn vriendin en ik de items die we samen door de jaren hebben aangeschaft echt tot hun recht laten komen. Onze interieur items zijn een mix van origineel en vintage, heredities en nieuw. Sommige items hebben we gerestaureerd of laten herstofferen. Inmiddels hebben we een mooie verzameling design waar we absoluut van genieten. Het mooie van design is: er is voor ieder wat wils, van vintage tot nieuw.

Robin Noordam